Electronic Study Books and learning style

Attention has been drawn to the concepts of Electronic Books and Electronic Study Books. Several publications have discussed some main ideas (paradigms) for both concepts. For the Electronic Study Book as a learning environment, it is essential to consider individual modes of learning, usually termed 'learning styles'. It is argued that Electronic Study Books should be adaptable in accordance with personal learning styles. Some options will be presented to link 'styles' and 'books'. One such option is a Style Initiating Module which we are currently investigating

Towards strengthening memory immunity in the ageing population:Investigating the immunological fitness of middle-aged adults

Nieuwe vaccinatie strategie voor bescherming van ouderen tegen infectiesDe wereldbevolking is snel aan het vergrijzen. Volgens de verwachtingen zal het aantal personen ouder dan 60 jaar in 2060 verdubbeld zijn. Bovendien neemt de levensverwachting van de ouderen verder toe. Dit gaat helaas gepaard met een toename van ernstige infectieziekten. In het kader van gezond ouder worden is het voorkomen van infectieziekten zoals longontsteking en gordelroos dan ook belangrijk. Goed werkende vaccinaties kunnen infectieziekten voorkomen, maar helaas zijn vaccinaties op oudere leeftijd vaak minder effectief omdat het afweersysteem verzwakt met ouder worden. Het is momenteel niet duidelijk op welke leeftijd het omslagpunt, van een goed werkend afweersysteem naar een verzwakt afweersysteem, plaats vindt. Om dat vast te kunnen stellen zijn er markers nodig die de (naderende) kwetsbaarheid van het afweersysteem aangeven. Deze markers zouden dan ingezet kunnen worden om ouderen tijdig te vaccineren en langdurig te beschermen. Dit concept werd onderzocht door volwassenen van middelbare leeftijd (tussen de 50 en 65 jaar) te vaccineren en de kenmerken van het afweersysteem voor en na vaccinatie in kaart te brengen.In haar proefschrift beschrijft Marieke dat personen van middelbare leeftijd, ondanks de eerste tekenen van immunologische veroudering, goed reageren op een vaccinatie die ze voor de eerste keer ontvangen. Ze voorspelt dat een vaccinatie in deze groep bescherming kan bieden die mogelijk aanblijft tot op oudere leeftijd. Uiteindelijk laat ze zien dat de sterkte van een reactie op een vaccin mogelijk voorspeld kan worden aan de hand van kenmerken van het afweersysteem, de zogenaamde biomarkers. Toekomstig onderzoek zal echter moeten uitwijzen of de voorspelde bescherming tegen infecties op oudere leeftijd ook daadwerkelijk bereikt wordt.Met haar onderzoek zet Marieke de eerste stappen in de richting van een speciaal voor ouderen aangepast toekomstig vaccinatieprogramma.Marieke verdedigt haar proefschrift op 10 januari 2018 in GroningenNovel vaccination strategies to protect the elderly against infectious diseasesThe world population is rapidly ageing. Worldwide predictions indicate that the number of persons above the age of 60 will be doubled by the year 2060. This rapid ageing results in increased numbers of persons susceptible to disease and disability. Prevention of infectious diseases, by effective vaccination, is of high importance to establish healthy ageing. Unfortunately, vaccines often induce suboptimal responses in the elderly, due to ageing of the immune system. Currently, it is unclear at what age the turning point, from a well-functioning immune system to a weakened immune system, occurs. Accordingly, markers are needed to predict the approaching vulnerability of the immune system. These markers could then be used to vaccinate older adults in a timely manner and to induce long-term protection. This concept was investigated by vaccination of middle-aged adults (50-65 years of age) and subsequent description of the characteristics of the pre- and post- vaccination immune response.Marieke describes in her thesis that middle-aged adults, despite the first signs of immunological ageing, show effective responses to a vaccination which they receive for the first time. She predicts that a vaccination in this age group induces protection that could last until high age. Eventually, she shows that the strength of the vaccination response might be predicted by characteristics of the immune system, using so called biomarkers. Future research will determine whether the predicted protection up until high age is actually achieved. The research described in this thesis takes the first steps towards a future vaccination program adapted to the rapidly ageing population.Marieke will defend her thesis on the 10th of January 2018 in Groningen

Over de behandeling van angst : doen we de goede dingen en doen we de goede dingen goed?

Angststoornissen behoren met een lifetimeprevalentie van bijna 20% tot de meest voorkomende en beperkende psychische stoornissen. Ze zijn vaak chronisch van aard en (daardoor) geassocieerd met ernstige beperkingen in zowel interpersoonlijk als beroepsmatig functioneren. De comorbiditeit hebben van angststoornissen met andere psychische klachten is hoog, vooral met andere angststoornissen en stemmingsstoornissen, maar ook met misbruik of afhankelijkheid van alcohol en drugs. Gelukkig bestaan er effectieve behandelingen die bij de meeste patiënten tot klachtafname leiden. Zo is duidelijk geworden uit vele effectstudies naar op exposure gebaseerde interventies voor angststoornissen, waarbij patiënten blootgesteld worden aan beangstigende situaties, gedachten of lichamelijke sensaties met als doel disfunctionele verwachtingen over het optreden van negatieve gebeurtenissen te ontkrachten. Exposuretherapie wordt dan ook beschouwd als de psychologische behandeling van eerste voorkeur, zowel in internationale als in nationale multidisciplinaire richtlijnen voor de behandeling van angststoornissen. Maar ook medicamenteuze behandeling, of combinatiebehandelingen, zijn werkzaam in de behandeling van angstklachten. Goed nieuws dus. Angststoornissen zijn goed behandelbaar. Toch worden bewezen effectieve behandelingen nog te vaak niet aan patiënten aangeboden. Maar ook als dat wel het geval is, worden ze nog te vaak niet op een goede manier aangeboden. Maar zelfs als de goede dingen goed gedaan worden, wordt niet elke patiënt met een angststoornis beter. Door patiënten vaker de behandeling van voorkeur aan te bieden en in te zetten op het adequaat uitvoeren van interventies kan winst geboekt worden bij de behandeling van angst. Maar ook door het integreren van moderne technieken als behandeling via apps, internet en beeldbellen in-, of het toevoegen van interventies gericht op het vergroten van het welbevinden en het verbeteren van het functioneren aan bestaande werkzame behandelingen voor angststoornissen.Mijn oratie gaat over de behandeling van angst- en dwangstoornissen. Het terrein waar ik me de laatste 10 jaar het meest op gericht heb. We weten al heel veel over de behandeling van angst. Maar de boodschap van mijn verhaal is dat er nog genoeg winst te boeken is. Een aantal manieren waarop dat volgens mij kan, wil ik graag met u doornemen

Distantiation, Post-Critique, and Realism. Reconsidering the Relation of Phenomenology and Hermeneutics in Ricœur

Recent developments in literary theory and philosophy, specifically regarding the role of critique, that inspire the turn to post-critique and realism, respectively, indicate a renewed sensitivity for concerns characteristic of hermeneutic phenomenology. This essay argues that crucial aspects of Ricœur’s articulation of phenomenology and hermeneutics may help to understand and support post-critique and realism and that, in turn, the latter two invite hermeneutics to return to its phenomenological condition. To this end, Ricœur’s understanding of the hermeneutical condition of phenomenology, both in the form of Husserl’s idealist phenomenology and the phenomenology of religion, is revisited; Ricœur’s account of distantiation is critically assessed; and, finally, the interplay of trust and distrust at stake in hermeneutic phenomenology is contrasted with the modern insistence on hyperbolic doubt.Les développements récents en matière de théorie littéraire et de philosophie, notamment concernant le rôle de la critique, qui suscitent respectivement le tournant vers la post-critique et vers le réalisme, témoignent d’une sensibilité renouvelée pour des préoccupations relevant de la phénoménologie herméneutique. Cet essai soutient que certains aspects fondamentaux de l’articulation de la phénoménologie et de l’herméneutique chez Ricœur permettent de comprendre et de défendre la post-critique et le réalisme et que, en retour, ces deux derniers appellent l’herméneutique à revenir à sa condition phénoménologique. Pour ce faire, la compréhension ricœurienne de la condition herméneutique de la phénoménologie, sous la forme de la phénoménologie idéaliste de Husserl et de la phénoménologie de la religion, sera soumise à un réexamen ; les considérations de Ricœur sur la distanciation feront l’objet d'une analyse critique et, enfin, l’interaction de la confiance et de la suspicion qui est en jeu dans la phénoménologie herméneutique sera mise en contraste avec l’insistance moderne sur le doute hyperbolique

Literature as Experiment: The Ontological Commitment of Fiction

In which sense can literature be conceived as an experiment? What type of experiment and experience does literature offer and what type or dimension of reality is at stake in literary investigations? What are the ontological stakes of literature in its construction of another world or a second nature? In this essay, I adress these questions in discussion with two authors who explicitly understand literature as experiment, namely Paul Ricoeur and Giorgio Agamben. To get a better sense of these ontological stakes of the experiment of literature, I will first turn to Ricoeur’s account . Subsequently, I will offer a critical discussion of how his concept of configuration, a central notion in his theory of narrative, actually limits the sense of the literary experiment and its ontological stakes. This discussion will address the relation between the concepts of potentiality, contingency, and event. Finally, I will turn to Agamben’s reading of Herman Melville’s famous story Bartleby, the Scrivener to offer a different sense of both the ontological stakes of the literary experiment and the relation between these three concepts